Beboet uw concurrerende aandeelhouders
02 maart 2020 - Marlies Siegers
Wat kunt u doen om te voorkomen dat uw aandeelhouders de onderneming beconcurreren? En als dat toch gebeurt, hoe zorgt u ervoor dat u de schade (of zelfs meer) vergoed kunt krijgen?
Waarom een aandeelhoudersovereenkomst met boetebeding verstandig is
In een aandeelhoudersovereenkomst kan een concurrentiebeding worden opgenomen. Op overtreding daarvan kan een boete worden gesteld. Het is mogelijk om te bepalen dat zowel een boete als schadevergoeding kan worden gevorderd. Het opnemen van een dergelijk boetebeding is verstandig: concurrentie is schadelijk maar de schade is vaak lastig aan te tonen. Het is zaak, om de boete vooral niet op een te laag bedrag te stellen. Waarom? Van een boete gaat in de eerste plaats een preventieve werking uit. Een voldoende hoge boete maakt ook dat het procederen over de overtreding voor de eisende partij in financieel opzicht de moeite waard kan zijn. Dat zorgt er tegelijkertijd juist voor, dat dergelijke geschillen vaak in der minne, zonder kostbare juridische procedures, opgelost kunnen worden. En tot slot: matiging zal in een juridische procedure niet snel zal plaatsvinden. Zo heeft de rechtbank onlangs een boete die was opgelopen tot EUR 300.000 tegen een concurrerende aandeelhouder in stand gelaten (Uitspraak Rechtbank Noord-Nederland d.d. 28-08-2019).
Waarom rechters een boete niet snel matigen
Uitgangspunt is dat partijen de vrijheid hebben om het boetebeding zo in te richten als zij wensen en dat deze partijafspraak leidend is. De wet (artikel 6:94 BW) bepaalt dat de rechter, indien de billijkheid dit klaarblijkelijk eist, de bedongen boete kan matigen. Dat is een hoge drempel, die volgens de Hoge Raad betekent dat de rechter pas van zijn bevoegdheid tot matiging gebruik mag maken als de toepassing van een boetebeding in de gegeven omstandigheden tot een buitensporig en daarom onaanvaardbaar resultaat leidt. Daarbij zal de rechter niet alleen moeten letten op de verhouding tussen de werkelijke schade en de hoogte van de boete, maar ook op de aard van de overeenkomst, de inhoud en de strekking van het beding en de omstandigheden waaronder het is ingeroepen. Relevant kan bijvoorbeeld zijn of de concurrerende activiteiten tot daadwerkelijk klantverlies hebben geleid, en dat in de overeenkomst een motivering is gegeven voor de hoogte van de boete. De rechtspraak onderkent volledig dat een boetebeding ook een zogenaamde aansporingsfunctie heeft, en een rechter zal dus niet zomaar mogen matigen tot wat ‘redelijk’ is.
Neem contact met ons op
- Rotterdam +31 (0)10 440 05 00
- Den Haag +31 (0)70 354 70 54