Verjaring van tuchtklachten tegen een accountant
04 september 2020
De Accountantskamer hoeft een tuchtklacht tegen een accountant niet in behandeling te nemen als deze is verjaard. Lees: te laat wordt ingediend.
Tot 31 december 2018 golden er twee verjaringstermijnen. Een absolute verjaringstermijn van zes jaar vanaf het moment van handelen of nalaten van de accountant en een relatieve verjaringstermijn van drie jaar vanaf het moment dat de klager kennis droeg van het handelen of nalaten van de accountant. Per 1 januari 2019 is de relatieve verjaringstermijn van drie jaar vervallen en is de absolute verjaringstermijn verlengd van zes tot tien jaar.
Hoe de verjaring van een tuchtklacht in de praktijk werkt, blijkt uit een uitspraak van de Accountantskamer van 27 juni 2020. In deze zaak hadden de curatoren van een aantal vennootschappen op 1 februari 2019 een tuchtklacht ingediend tegen de accountant over werkzaamheden uitgevoerd vanaf januari 2013. Over de ontvankelijkheid van de tuchtklacht overwoog de Accountantskamer het volgende:
- De tuchtklacht is op 1 februari 2019 tijdig ingediend binnen tien jaar na het verweten handelen of nalaten van de accountant, te weten januari 2013;
- Op grond van de overgangswetgeving wordt een tuchtklacht echter niet in behandeling genomen als de oude klachttermijn (die drie of zes jaar was) al vóór 1 januari 2019 (datum van de wetswijziging) was verstreken;
- Wat betreft de oude zesjaarstermijn moet worden beoordeeld of het verweten handelen of nalaten van de accountant plaatsvond vóór 1 januari 2013. Daar is geen sprake van. Dit heeft vanaf januari 2013 plaatsgevonden;
- Ten aanzien van de driejaarstermijn moet worden beoordeeld of klager vóór 1 januari 2016 zodanige feiten heeft geconstateerd of redelijkerwijs heeft kunnen constateren dat hij daarop een vermoeden van (mogelijk) tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen of nalaten van de accountant kon baseren;
- Ook daar is geen sprake van. De curatoren konden dat niet vaststellen op basis van het strafdossier en hebben de administratie van de vennootschappen pas op 23 november 2015 in 42 verhuisdozen van de FIOD ontvangen. Hen moet een termijn van enkele maanden worden gegund om van de administratie kennis te nemen.
- Dit betekent dat de curatoren eerst pas in 2016 een vermoeden van (mogelijk) tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen of nalaten van de accountant kunnen hebben gehad. Kortom, de driejaarstermijn is niet geschonden.
Overweegt u een tuchtklacht in te dienen? Dan is het belangrijk om niet alleen op de tienjaarstermijn te letten, maar ook op de oude driejaars- en zesjaarstermijn om zeker te stellen dat die termijnen niet al zijn verlopen vóór 1 januari 2019. Als dat het geval is, zal de Accountantskamer de tuchtklacht namelijk niet in behandeling nemen.
Neem contact met ons op
- Rotterdam +31 (0)10 440 05 00
- Den Haag +31 (0)70 354 70 54