Verhouding beroepsaansprakelijkheidsprocedure en tuchtprocedure

In een beroepsaansprakelijkheidsprocedure kan schadevergoeding van een accountant worden gevorderd. In een tuchtprocedure kan worden geklaagd over het handelen of nalaten van een accountant in strijd met de gedrags- en beroepsregels.

Aan het oordeel van de tuchtrechter dat een accountant in strijd met de gedrags- en beroepsregels heeft gehandeld, kan een civiele rechter in een beroepsaansprakelijkheidsprocedure niet zonder meer de conclusie verbinden dat een accountant in strijd met zijn contractuele of maatschappelijke zorgplicht heeft gehandeld. Het is slechts één van de omstandigheden die daarvoor in aanmerking kan worden genomen. Meer informatie over andere relevante omstandigheden leest u hier.

Als de civiele rechter in een beroepsaansprakelijkheidsprocedure wil afwijken van het oordeel van de tuchtrecht over de vraag of een accountant in strijd met de gedrags- en beroepsregels heeft gehandeld, dan dient een civiele rechter zijn oordeel zodanig te motiveren dat het, ook in het licht van de beoordeling door de tuchtrechter, voldoende begrijpelijk is.

Omdat een tuchtrechter over specifieke kennis beschikt over de gedrags- en beroepsregels, de civiele rechter de tuchtrechter vaak volgt in het oordeel dat in strijd met die gedrags- en beroepsregels is gehandeld, kan een tuchtprocedure worden gebruikt als ‘opstapje’ voor een beroepsaansprakelijkheidsprocedure waarin schadevergoeding wordt gevorderd.

Als de civiele rechter in een beroepsaansprakelijkheidsprocedure het oordeel overneemt dat in strijd met de gedrags- en beroepsregels is gehandeld, dan is daarmee nog niet gezegd dat de schadevergoedingsvordering voor toewijzing gereed ligt. Daarvoor moet, bijvoorbeeld, ook het causaal verband tussen de wanprestatie of het onrechtmatig handelen en de door de opdrachtgever of derde geleden schade worden aangetoond.